Nederlandse Sportraad adviseert vrijstelling van btw op sportopleidingen te behouden
De Nederlandse Sportraad heeft zijn eerst advies uitgebracht. In een advies aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de staatssecretaris van Financiën, constateert de raad dat vrijwilligers het kloppend hart vormen binnen elke sportvereniging. Omwille van de kwaliteit, veiligheid en gezondheid van de sport is het daarom belangrijk over gekwalificeerde vrijwilligers te kunnen beschikken. De drempel om de hiervoor beschikbare sportopleidingen te doen, moet naar de mening van de raad zo laag mogelijk zijn.
Daarom adviseert de raad om de huidige situatie, waarin sportopleidingen zijn uitgezonderd van btw, te laten voortbestaan. Mocht deze uitzondering toch komen te vervallen, dan stelt de raad zich op het standpunt dat de sportvrijwilligers en/of de sportorganisaties die de sportopleidingen betalen, op andere wijze worden gecompenseerd voor de stijging in kosten. De raad denkt bijvoorbeeld aan een systematiek vergelijkbaar met de teruggave van de ecotax, later omgezet naar de Subsidieregeling Energiebesparing en duurzame energie sportaccommodaties.
Daarnaast constateert de raad dat sport wordt geconfronteerd met verschillende (onbedoelde) fiscale prikkels. Om de sport betaalbaar te houden en vrijwilligers in hun activiteiten te ondersteunen, pleit de raad daarom voor een fiscale analyse. De raad beveelt dringend aan om vanuit het perspectief van de sporter, de vrijwilliger, de vereniging en de ondernemer het belastingregime onder de loep te nemen, positieve en negatieve prikkels in kaart te brengen en alternatieve maatregelen te overwegen. De raad acht het van belang dat deze exercitie is uitgevoerd vóórdat een nieuw kabinet aantreedt.
De Minister van VWS heeft het advies van raad op 23 december 2016 naar de Tweede Kamer verzonden. In de brief geeft zij aan dat de staatssecretaris van Financiën binnen de gestelde termijn de Kamer op de hoogte zal stellen van het standpunt ten aanzien van het advies.